Thijs Zonneveld

Home   Biografie   Nieuws   Uitslagen   Programma   Polls   Links   Gastenboek

Nieuwsindex 2005    Nieuwsindex 2004    Nieuwsindex 2003

29 juli 2005  
Nadat AVCA donderdag als 3e eindigde in de ploegentijdrit, is Thijs vandaag eveneens als 3e geëindigd in de 2e etappe van de Tour d'Alsace. Op de zwaarste berg bleef een groep van zo'n 10 man over waarna 3 renners wegreden, waaronder Thijs. De latere winnaar - zeer goed acteur bleek toen - reed er nog naartoe en won vervolgens op de steile aankomststraat. Thijs derde in 't bergklassement, maar de trui. Vierde in het C.G
22 juli 2005  

Het Zwarte Gat 

Ik leef de Tour. Drie weken lang bestaat mijn wereld slechts uit het volgen van de Ronde van Frankrijk. Mijn slaap-, eet- en trainingsritme zijn volledig afgesteld op de televisie-uitzendingen. Ik spel de kranten, leer de klassementen uit mijn hoofd en bestudeer urenlang de hoogtegrafieken van de bergetappes. Alle interviews lees, kijk of luister ik. Al het nieuws uit de Tour is wereldnieuws, hoe nutteloos of onbelangrijk de primeur ook is. Ik weet meer van de renners dan hun vrouw. Ik weet welk merk brokken de hond van Marc Wauters eet, Baden Cooke rijdt in een Aston Martin en het lievelingsgerecht van Michael Rasmussen is rijstwafels met niks erop.

Ik voel de Tour. Ik ruik de Tour. Ik droom de Tour. Ik bén de Tour. Ik ben de gele trui, die wappert om de lendenen van een Amerikaanse controlfreak. Ik ben de steile flanken van de Galibier, die de coureurs martelen. Ik ben de fiets van Boonen, die kreunt onder de immense kracht van Toms dijen. Ik ben de tranen van Jan Ullrich...

Elke dag zit ik urenlang voor de tv, de ogen samengeknepen, op en top geconcentreerd. Ik verlaat mijn post slechts voor de meest elementaire zaken: eten, drinken en bij hoge uitzondering een sanitaire onderbreking. De luiken zijn hermetisch gesloten, de stekker is uit de telefoon en de brievenbus puilt uit. Ik ben er niet.

Drie weken lang drijf ik op een wolk door Frankrijk. O, Hemels gevoel van gelukzaligheid. Ik ben verslaafd. Een shotje Tour en ik ben zo stoned als een garnaal gedurende de maand juli. Echter, donkere wolken pakken zich reeds samen. Het einde van de Tour nadert en daarmee mijn trip. Ik hoor de cold turkey kakelen. Nog een week en dan is het voorbij. En zit ik als een junk zonder drugs te trillen op de bank voor de tv, wanhopig op zoek naar het niet-bestaande tv-kanaal dat de Ronde van Frankrijk in augustus op de beeldbuis brengt. Het zwarte gat dreigt. Onvermijdelijk word ik ernaar toegetrokken. De afgrond nadert en de val zal diep zijn.

Krampachtig klamp ik me vast aan de dagen die nog komen, maar het worden er steeds minder. De Alpen liggen achter de rug, de Pyreneeën zijn gepasseerd. De steentjes van de Champs Elysées lonken. Ik zie de Eifeltoren al opdoemen aan de horizon. Parijs is niet ver meer. Ik wend mijn blik af.

6 juli 2005  

De Schaduw van de Meester 

Een Amerikaan in Frankrijk. Lance Armstrong gaat komende maand voor de zevende keer op rij het belangrijkste wielerevenement van het jaar domineren. Slechts één doel heeft zijn leven. Het winnen van de Tour de France. Hij staat ermee op. Kamt zijn haar ermee. Doet het op zijn brood. Drinkt het in zijn koffie. En gaat ermee naar bed, in zijn gele pyjama uiteraard. Daarna valt hij in een droomloze slaap. Hij staat zichzelf niet toe te dromen, dat laat hij over aan de rest van het peloton. Dromen zijn voor dromers. En dromers winnen zelden. 

Maar Lance is geen kampioen van het volk. Zijn neurotische obsessie voor controle, de houding jegens de media, de te hoog opgetrokken sokken en de belachelijk hoge trapfrequentie. Zijn aura van onoverwinnelijkheid, een batterij robot-ploegmaats, zijn bijtende accent en een zweem van dopingaffaires. Op en top Amerikaans tot in het puntje van zijn oorlelletje, maar bovenal: té goed. Het begrip voorspelbaar heeft een nieuwe dimensie gekregen sinds King Lance zijn zinnen op de Tour heeft gezet. De eentonigheid, het overdreven machtsvertoon: de Tour is geen wedstrijd meer. Drie weken lang achter een Yank door Frankrijk razen, dat is de Tour anno 2005. Lance Armstrong heeft de Tour kapotgemaakt. Het zal hem worst wezen. En terecht. De Tour is er voor hem en niet andersom.

Dit jaar is zijn laatste jaar. Zonder twijfel zal hij zich in Parijs voor de zevende keer op rij laten huldigen op de Champs Elysées, onder gefluit en gejoel van het Franse publiek. Ze zullen hem vervloeken, beschimpen en verwensen. Hij zal demonstratief een ererondje fietsen, voor al die mensen, die hem zo hartgrondig haten. Vervolgens vertrekt hij zo snel mogelijk naar Texas, als een dief in de nacht, met de Tour de France in zijn koffer. Zijn wraak zal komen.

Natuurlijk is het gebrek aan respect van het merendeel van het (Franse) publiek schrijnend en stuitend, maar diep in mij voel ik hetzelfde. Want laten we eerlijk zijn: Lance Armstrong ís een dief. Niet alleen heeft hij de wielerliefhebbers de afgelopen zes en binnenkort zeven jaar bestolen van alle spanning, plezier en genot van de mooiste wielerkoers van het jaar; ook de Rondes van de komende tien à twintig jaar heeft hij reeds gestolen. Hoewel hij vanaf volgend jaar niet langer lijfelijk aanwezig is in Frankrijk, zal Zijn Schaduw de Tour bedekken. Elke toekomstige winnaar zal slechts winnen dankzij de afwezigheid van de Grote Meester. De renners zullen plichtmatig strijden, het publiek zal slechts uit beleefdheid klappen en zelfs de Franse commentatoren zullen lauwtjes verslag doen van de koers. De passie is verloren. De Tour zal niet langer stralen, een wedstrijd zonder grandeur. Als een tweederangs kermiskoers. Na enkele jaren zullen renners, publiek, media en sponsoren alle interesse verloren hebben. Zo rond 2010 zal hij voor de laatste keer plaatsvinden, de Grande Boucle van weleer. Daarna is het over en sluiten. Het doek valt voor Frankrijks trots. Een natie in rouw. De Schaduw heeft zijn werk gedaan. En de Meester ziet dat het goed is, vanuit zijn ranch in Texas. Neemt een slokje van zijn Coca-Cola. Laat het door zijn mond rollen, als een wijnproever. Hij geniet van de suikers in de frisdrank en laat een boer. Hoe zoet kan wraak zijn?

 
 
4 juli 2005

Winterslaap 

Het eerste deel van het seizoen zit erop. Vooral de afgelopen twee maanden waren een onafgebroken herhaling van koersen en reizen. De beloning: 3 weken vrijaf. Geen koers, geen auto-, trein- of vliegreizen. Bijzonder verstandig ook vanuit het oogpunt van mijn fysieke en mentale gesteldheid, want de laatste wedstrijden takelt mijn vorm in hoog tempo af. De koers van afgelopen weekend was wat dat betreft exemplarisch: geen jus meer in de benen, een hartslag die weigert boven de 160 te komen en een stel hersenen dat op de automatische piloot de wedstrijd afwerkt. Plichtmatig. Verder dan een 17e plek in het algemeen klassement kwam ik derhalve niet.

Tijd om met de benen omhoog over te schakelen op passieve training. Dat wil zeggen: in mijn luie stoel voor de televisie. Verstand op nul en zwevend tussen slaap en bewustzijn dommel ik weg bij het geluid van de klappende helicopterwieken en het commentaar van Laurent Jalabert. Mijn eigen winterslaap in hartje zomer.